Het herstelrecht is een vrij onbekend fenomeen in Nederland. Dat betekent dat niet alleen de gewone burgers er vrij weinig van afweten, maar ook de politiek. Dit is dan ook de reden dat weinig politici uitspraken willen doen over het herstelrecht in het onderwijs. 

 

De Vries ziet vanuit zijn werk binnen De Vreedzame School en De Vreedzame Wijk wel veranderingen ten opzichte van tien jaar geleden. ‘Er komt een steeds grotere focus op burgerschap,’ laat hij weten. Hij bekijkt het vanuit een groter perspectief. In dat perspectief is het herstelrecht een stuk groter. ‘Er is een wet, maar die wordt maar matig gehandhaafd.’ De wet waar de Vries op doelt is het wetsvoorstel van minister Slob voor het aanscherpen van het burgerschapsonderwijs. 

 

Burgerschap is een belangrijke pijler binnen De Vreedzame School. Als dit wordt aangescherpt, zal dit De School alleen maar ten goede doen. Op die manier worden andere scholen in ieder geval verplicht om zich meer in te zetten voor burgerschap op hun school. De wet, die er nu al is, wordt volgens de Vries nog maar matig gehandhaafd. Dat resulteert in het feit dat veel scholen er nu nog geen aandacht aan zullen geven. 

 

Ook Tuinte ziet verbeteringen ten opzichte van een paar jaar geleden. ‘Het wordt steeds meer een manier die ook breder in de samenleving wordt gebruikt.’ Nu het niet alleen in het onderwijs, maar ook binnen de rechtbanken wordt gebruikt, zou de politiek juist meer op de hoogte moeten zijn van het herstelrecht. 

 

Dat betekent volgens Tuinte echter niet dat de politiek zelf heel herstelgericht te werk gaat. ‘In de politiek reageert men soms best fel op elkaar.’ Met persoonlijke, felle uitspraken los je moeilijke situaties niet op. Volgens Tuinte is het goed om ook binnen de politiek naar het herstelrecht te kijken. Politici moeten ook kijken naar de manier waarop zij met elkaar omgaan.